Trillingen kunnen schade veroorzaken aan gebouwen, hinderlijk zijn voor mensen en storingen aan apparatuur. In het Bouwbesluit is geen regelgeving opgenomen waarin gesteld wordt dat een gebouw ontworpen dient te zijn op aardbevingskrachten en bodembewegingen. Het gaat dan om bodemtrillingen die buiten het gebouw worden veroorzaakt. Wel dienen de gebouwen bestand te zijn tegen variaties in grondwaterstand. Omdat de gebouwen wel andere belastingen moeten kunnen weerstaan zijn ze ook redelijk bestand tegen trillingen. In welke mate een gebouw bestand is tegen trillingen en dynamische belastingen wordt bepaald met de SBR-Richtlijn - Trilling: meet-en beoordelingsrichtlijnen Serie A t/m C.