Ruim 10 % van de meldingen van kopers betreffende garantie-/herstelverplichtingen worden veroorzaakt door de doorbuiging van vloeren en de aansluiting van de constructieve wanden en separatiewanden. Dit kan komen door:
- het vervallen van de doorbuiging-eis in het Bouwbesluit 2012;
- de uitvoering van de aansluitdetails van de wanden aan de vloeren;
- de praktische kennis van de stukadoors;
- het achterwege laten van het insnijden van spuitwerk/sierpleister ter plaatse van zowel de plafond-, wand- als profielaansluiting;
- kostentechnische redenen zoals de uitvoering van een breedplaatvoer met minder stempels.
De oorzaak is enerzijds gelegen in het vervallen van bovengenoemde doorbuigingseis en anderzijds gelegen in de uitvoering van de aansluitdetails van de wanden aan de vloeren, dan wel de praktische kennis van de stukadoors. Voor wat betreft de doorbuigingseis verwijzen wij u naar het geen in het KOMO-certificaat van het desbetreffende product is aangegeven. Voor bijvoorbeeld dakplaten is vermeld dat de doorbuiging niet meer dan 1/250 van de totale overspanning mag zijn.
In de diverse uitvoeringsrichtlijnen van de KIWA en IKOB/BKB wordt uitvoerig aandacht besteed aan een correcte verwerking.
In het kader van goed en deugdelijk werk adviseren wij, om de uitvoering conform de door bovenstaande certificerende instellingen Beoordelingsrichtlijnen en de daarbij behorende Uitvoeringsrichtlijnen uit te laten voeren. Bijvoorbeeld wordt in de praktijk het insnijden, als een preventieve maatregel, vaak achterwege gelaten.
Maar ook de vloerenindustrie laat zich mogelijk leiden door kostentechnische vragen uit de markt. Voorbeeld: “Uitvoering van een breedplaatvloer is mogelijk/goedkoper met minder stempels”, met als gevolg een doorbuiging van een breedplaatvloer tussen de stempelrijen en het ontstaan van strijklicht.
Het Bouwbesluit stelt in publiekrechtelijke zin eisen aan de sterkte van een constructie door voor te schrijven dat de effecten bij de fundamentele en buitengewone belastingcombinaties worden getoetst. Het Bouwbesluit stelt geen eisen aan de bruikbaarheid en daarom ook geen eisen aan de doorbuiging van constructies. Wanneer vervormingen leiden tot een respons van de constructie die van invloed is op het bezwijken in de uiterste grenstoestand – zoals bij het beoordelen van wateraccumulatie – moet volgens Bouwbesluit 2012 wel rekening worden gehouden met de gevolgen van de vervormingen. Wanneer het bestek echter expliciet aangeeft dat de constructie moet voldoen aan de Eurocode – dus bij een privaatrechtelijke eis – betekent dit dat er wél moet worden voldaan aan de vervormingseisen volgens de Nationale Bijlage bij NEN-EN 1990.
Conform jurisprudentie worden klachten met een scheurwijdte groter dan 0,5 mm, afbrokkelend spuit- of stucwerk en scheurvorming op oneigenlijke plaatsen in de regel door een Arbiter toegewezen. Ook esthetische kwesties zoals zichtbare doorbuiging van bijvoorbeeld de verdiepingsvloerelementen, kunnen door de arbiter toegewezen worden.
Scheuren kleiner dan 0,5 mm kunnen door koper namelijk worden voor- / dichtgestreken met het ‘dik’ van de deksel of onderuit de emmer - niet roeren en overgieten in een andere emmer. Daarna kan koper wanden / plafonds oversauzen.
Ook eventuele scheurvorming ter plaatse van een schuin uitgefreesde elektraleiding, wordt gezien als een scheur op een oneigenlijke plaats.
Faalkosten kunnen beperkt worden door een adequater toezicht en een bijkomende doorbuiging aan te houden ≤ 1/1000 maal de overspanning.
Norm verwijzingen
NEN 6702: Technische grondslagen voor bouwconstructies - TGB 1990 - Belastingen en vervormingen.
NEN-EN 1990: (Eurocode. Grondslag van het constructief ontwerp), 2002 A1, 2006 A1/C1, 2009 A1/C2, 2010 NB, 201
NEN-EN 1992-1-1: Algemene regels en regels voor gebouwen
Overige verwijzingen
CUR-Aanbeveling 82 Beheersing van scheurvorming in steenconstructies.
Gevolgschade
Indien de klachten worden toegewezen, zijn niet de herstelkosten van het gebrek op zich maatgevend, maar zijn daaraan verbonden kosten om de directe gevolgschade te herstellen vele malen hoger.
Er ontstaat vaak een discussie met de koper, “waar begint men en waar eindigt men”.
Ten aanzien van blijvende verschillen van mening over de wijze van uitvoering, wordt door de kopers diverse keren per jaar bij Woningborg ‘een Beroep op de Waarborg’ ingediend, omdat een vonnis niet wordt uitgevoerd.
Inkoop vloeren
Om faalkosten te beperken is niet alleen een adequater toezicht op het werk van belang, maar is het veel belangrijker om in te spelen op de hoofdoorzaak van de problematiek. Dit door, los van de minimale regelgeving volgens het Bouwbesluit, nadere eisen te stellen aan de ‘bijkomende’ doorbuiging van de vloer, op basis van bijvoorbeeld NEN 6702 en de CUR-Aanbeveling 82 “Beheersing van scheurvorming in steenconstructies”.
Bij de inkoop van vloeren, dient u aan de fabrikant op te geven dat u een vloerconstructie wenst, met een bijkomende doorbuiging welke kleiner of gelijk is dan 1/1000 keer de overspanning. Hiervoor wordt er extra wapening aangebracht. Dit is zeker ook van belang om contactgeluiden vanwege een sterke doorbuiging van prefab betonnen vloerelementen te reduceren.
Ook bij in het werk te storten vloeren dient de wapening aangepast te worden op basis van de maximale bijkomende doorbuiging.
Garantie
In de jurisprudentie worden klachten met betrekking tot scheurwijdtes van meer dan 0,5 mm, afbrokkelend spuit- of stucwerk en scheurvorming op oneigenlijke plaatsen (zoals bijvoorbeeld scheurvorming ter plaatse van een schuin uitgefreesde elektraleiding), in de regel toegewezen. Ook esthetische kwesties zoals zichtbare doorbuiging van bijvoorbeeld de verdiepingsvloerelementen, kunnen door de arbiter toegewezen worden.
Praktijk
In het verleden werden in principe de (plafond-)aansluitingen van de lichte separatiewanden uitgevoerd met kunststof U-profielen. In esthetische zin werd er toentertijd door de kopers geklaagd, over loskomend spuitwerk op de profielen of verkleuring van de profielen als deze niet mee gespoten werden. Vanwege het klachtenpatroon is er ‘afgestapt’ van deze algemene toepassing en is er toe overgegaan deze aansluitingen uit te voeren met een montageschuim.
Deze methode leidt, mede door het vervallen van de Bouwbesluit-eis, tot meer klachten, die door de arbiter werden/worden toegewezen.
Een scheurvorming ontstaat doorgaans tussen de aansluiting Pur richel en separatiewand, wat als oneigenlijke plek wordt beschouwd bij beoordeling van een scheurvorming.
Aansluiting separatiewanden
Ongeacht de veronderstelde esthetische bezwaren van kopers, zijn wij van mening dat er gekozen dient te worden voor de details die door de toeleveranciers van de lichte scheidingswanden worden ‘voorgeschreven’. Bij eventuele aan ons gestelde vragen door kopers, zullen wij ook verwijzen naar de inbouwvoorschriften van de toeleveranciers.
Deze inbouwvoorschriften zijn gebaseerd op de bijkomende doorbuiging van de vloeren. Voor cellenbeton-separatiepanelen heeft men de inbouwdetails uitgewerkt op basis van een bijkomende doorbuiging van de vloeren.
Aangezien esthetica in de woninginrichting steeds belangrijker wordt, zijn wij van mening dat er gezocht dient te worden naar een vormgeving van de zichtprofielen (indien deze op basis van de gekozen vloeren noodzakelijk zijn) die beter aansluit bij de wensen van de consument. Wellicht zouden deze bemonsterd kunnen worden in de meerwerksfeer.
Bij een detail met montageschuim dient er altijd een glasvezel gaasverband aangebracht te worden van minimaal 50 mm breed.
Voor alle details geldt dat spac-/spuitwerk of een sierpleister zowel ter plaatse van de plafond-, wand- als profielaansluiting ingesneden dient te worden. Bij het overgrote deel van de klachten blijkt deze bewerking zowel door uw stukadoor, als door de stukadoors van de kopers niet te zijn uitgevoerd.
Het herstel van in uw opdracht aangebracht spuit-/stucwerk valt binnen uw herstelverplichtingen, indien dit afbrokkelt. Ook kan er een herstelverplichting door een arbiter worden voorgeschreven, indien u niet aan uw ‘meldingsplicht’ richting koper heeft voldaan.
Wij raden u nadrukkelijk aan om in uw documentatiemap, met de diverse gebruiksaanwijzingen, die bij oplevering aan kopers wordt overhandigd, aandacht te schenken aan de specifieke randvoorwaarden voor de uitvoering van vloer- en wandafwerkingen. U kunt daarbij voor diverse items eventueel ook verwijzen naar de inhoud van de ‘onderhoudsfolder’ van Woningborg. Deze folder wordt bij het toezenden van het Woningborg-certificaat meegezonden aan uw kopers.
- Kies voor de details welke door de toeleveranciers van de lichte scheidingswanden worden ‘voorgeschreven’.
- Zoek naar een vormgeving van de zichtprofielen welke aansluiten bij de wensen van de consument. Wellicht zouden deze bemonsterd kunnen worden in de meerwerksfeer. In de meerwerksfeer kan b.v. worden gekozen voor een gips model plint in de hoek wand/ plafond, welke aan het plafond wordt verlijmd en zodoende meeschuift op de wand zonder een schade aan het stucwerk te veroorzaken.
- Bij een detail met montageschuim dient er altijd een glasvezel gaasband aan gebracht te worden van minimaal 50 mm breed.
- Voor alle details geldt dat spac-spuitwerk of een sierpleister zowel ter plaatse van de plafond-, wand als profielaansluiting ingesneden dient te worden.
- Aangeraden wordt in de documentatiemap, met de diverse gebruiksaanwijzingen welke bij oplevering aan kopers wordt overhandigd, aandacht te schenken aan de specifieke randvoorwaarden voor de uitvoering van vloer- en wandafwerkingen. Verwijs ook naar de inhoud van de onderhoudsfolder.
- Bij de plaatsing en montage van ‘inpandige’ puien dient rekening gehouden te worden met de doorbuiging van de vloeren.
- Houdt bij een dakvloer rekening met de opbolling van de dakvloer. Een starre en strakke montage kan leiden tot ernstige schade. Bij afwerking met een mortel tussen vloer en wand kan dit leiden tot een ernstige scheurvorming lager in de ondergelegen wand constructie.
Beoordelingscriteria Woningborg
Een scheurwijdte groter dan 0.5 mm, afbrokkelend spuit- of stucwerk en daarnaast scheurvorming op oneigenlijke plaatsen, komen in aanmerking voor herstel binnen uw garantieverplichtingen. Scheuren kleiner dan 0,5 mm kunnen door koper namelijk worden voor- / dichtgestreken met het ‘dik’ van de deksel of onderuit de emmer - niet roeren en overgieten in een andere emmer. Daarna kan koper wanden / plafonds oversauzen.
Ook eventuele scheurvorming ter plaatse van een schuin uitgefreesde elektraleiding, wordt gezien als een oneigenlijke plaats.
Platte betondaken
Naden van 5 mm of meer dan 1 cm zijn helaas geen uitzondering. Dit probleem kan gemakkelijk voorkomen worden omdat er oplossingen beschikbaar zijn die door de toeleveringsindustrie geboden worden: ‘voldoende hoge profielen’. De kosten van deze profielen zijn veelal lager dan de herstelkosten achteraf (aanbrengen aan plafond bevestigde plinten en herstel inclusief gevolgschade).
Bij voorkeur standaard bij een plat dak constructie een breedplaatvloer toepassen, aangezien een kanaalplaatvloer doorgaans enorm kan gaan opbollen t.p.v. onderliggende wanden nadat het droging proces in werking treedt. Een naad van 5 mm of meer is dan niet uitgesloten.
Zie ook ‘Platte daken – opbollen’ doorbuiging + opbollen geeft ernstige schade.
Esthetische kwestie
Indien de doorbuiging van bijvoorbeeld de verdiepingsvloerelementen, bij iedere belichting (zowel dag- als kunstlicht) en in alle omstandigheden ergerlijk zichtbaar is, is er sprake van een esthetische kwestie. En kan de vordering van koper door de arbiter worden toegewezen.
Zie ook ‘Esthetische kwesties’.
Galerij-/balkonplaten
De doorbuiging van galerij-/balkonplaten die binnen de constructieve eisen valt, dient zonder dat er schade ontstaat aan de gevelconstructie opgevangen te kunnen worden. Er dient wel rekening gehouden te worden met eventuele nadelige gevolgen van doorbuiging voor de te waarborgen hemelwaterafvoer.
Zie ook ‘Balkonplaten’ en ‘Vloeren’.