Ramen en deuren mogen over de gemeenschappelijke verkeersruimte openslaan, als er over die vloer geen beschermde vluchtroute loopt of als er altijd een vrije doorgang met een breedte van ten minste 0,6 m en een hoogte van ten minste 2,20 m blijft gewaarborgd. Dit laatste levert weleens problemen op bij gemeenschappelijke bergingen in woongebouwen; het ontwerp/de draairichting van de bergingsdeuren moet hierop worden gecontroleerd. In afdeling 2.7, artikel 2.51 van het Bouwbesluit 2012 zijn specifieke eisen geformuleerd met betrekking tot draaiende constructieonderdelen over de openbare weg.
Nooddeuren mogen wel in de richting van de openbare weg/trottoir draaien.